De zanger Orfeo reist naar de onderwereld om er zijn overleden bruid Euridice terug te halen. Zijn klaagzang raakt de goden zo diep dat Orfeo zijn geliefde mee mag nemen op voorwaarde dat hij niet naar haar omkijkt tijdens de terugreis. Euridices geklaag wordt Orfeo echter te machtig, hij draait zich om en verliest haar voorgoed. Dit is opera in haar meest pure vorm en de oudste opera die nog volop in de belangstelling staat. Libretto en muziek zijn in evenwicht en er wordt nog niet uit volle borst gezongen. Monteverdi (1587-1643) heeft precies opgeschreven welke instrumenten er meespelen, waarmee voor het eerst de exacte samenstelling van een orkest op papier staat: luit, chitarrone, harp, klavecimbel, virginaal, orgel, regaal, blaas-, strijk- en slaginstrumenten.

Benieuwd hoe het klinkt? Luister hier!

Bron: Klassiek In Zicht, Aldo Druyf